Om de sterk bedreigde Siberische tijgers te redden is voor een deel van de populatie vaccinatie nodig tegen het Canine distemper virus (CDV). Uit wetenschappelijk onderzoek is gebleken dat kleinere zoogdieren in het wild het virus bij zich kunnen dragen en kunnen overbrengen op de tijgers.
In het oosten van Rusland en China leven naar verluidt nog maar 550 Siberische tijgers in het wild. Men dacht vroeger altijd dat honden, het heet ook wel de hondenziekte, het virus overdroegen op tijgers, maar uit het artikel dat gepubliceerd is in Proceedings of the National Academy of Sciences blijkt dat het juist de kleinere zoogdieren zijn die het overdragen.
Volgens de onderzoekers is het cruciaal om uit te vinden waardoor de tijgers besmet raken met het virus zodat de populatie niet nog verder uitdunt. 'Het inenten van een tijger is niet makkelijk, maar onderzoek heeft uitgewezen dat het inenten van twee tijgers in een smalle populatie er al voor kan zorgen dat de kans dat tijgers door CDV uitsterven met 75 procent afneemt. Het vaccineren van honden is niet genoeg', aldus Dr. Martin Gilbert van de Cornell Wildlife Health Center's.
In het taiga-woud, waar de tijgers leven, wonen volgens wetenschappers zeventien kleine zoogdieren. Marters, dassen en wasbeerhonden zouden de grootste transporteurs zijn van het CDV-virus, zo blijkt uit dit onderzoek. Het is volgens de kenners niet mogelijk om verspreiding tussen deze zoogdieren te voorkomen, waardoor het vaccineren van een paar Siberische tijgers de beste oplossing lijkt te zijn om de soort niet verder in gevaar te brengen. (foto: Khendon/Wiki Commons)
Plaats reactie
0 reacties
Je bekijkt nu de reacties waarvoor je een notificatie hebt ontvangen, wil je alle reacties bij dit artikel zien, klik dan op onderstaande knop.
Bekijk alle reacties